blogs
Alles wat je paard doet of denkt kun je voelen door je teugels
- Heb jij het gevoel dat je voortdurend je paard "aan de teugel" moet houden?
- Ben je bang dat hij direct niet meer "in de krul" loopt zodra je even je hand, been of zit ontspant?
- Zit je paard "vast" aan één kant en valt hij over binnen- of buitenschouder in de wending?
- Is de verbinding met de teugels strak of juist te los?
Bedenk dan dat de kwaliteit van de verbinding het resultaat is van wat er in de rest van je paard gebeurt. En dat je wat je in je handen voelt meestal dus niet met je handen op kunt lossen!
Alles wat je paard doet of denkt kun je door je teugels voelen. Dat kan alleen als je handen in de "ontvangststand" staan en niet druk bezig zijn om je paard te micromanagen.
Eerder heb ik een bericht geschreven over de 4 soorten teugelverbinding (zie HIER). Dit verhaal sluit daarop aan.
Informatie ontvangen door je teugels kan alleen als je handen niet aan het "zenden" zijn.
Als je even niet bezig niet bezig bent met begrenzen of hulpen geven ... als je voelt NAAR je paard ... als je de feedback die je krijgt via je teugels tot je door laat dringen ... als je niet voelt met je handen maar DOOR je handen ...
Dan kun je enorm veel informatie ontvangen over de "staat van je paard". En met die informatie kun je doelgericht op zoek naar een oplossing.
Is je paard ONTSPANNEN (fysiek en mentaal), ENERGIEK en in BALANS (links-rechts, voor-achter en de combinatie daarvan) dan zal er vanzelf een zachte verende en symmetrische verbinding ontstaan, waarbij het paard ook VANZELF NAGEEFLIJK wordt.
Als je de nageeflijkheid probeert met je hand af te dwingen, merk je doorgaans dat het goede gevoel in je hand voortdurend de neiging heeft weer te verdwijnen. Dat komt dan omdat het paard in zijn lichaam en geest niet de juiste combinatie van ontspanning, energie en balans heeft. Oftewel: de hoofd en halshouding die je met je hand bewerkstelligt is niet in harmonie met de rest van je paard.
Daarentegen: ECHTE BALANS VOELT ALTIJD GOED! Voor je paard en ook voor jou.
Echte balans is mogelijk als de ontspanning, energie en balans met elkaar in overeenstemming zijn, zodanig dat BEWEGINGSVRIJHEID ontstaat: een beweging zonder blokkades of compensatiemechanismen.
De meeste ruiters gaan voor het plaatje en nemen niet de tijd om het WOW! gevoel van een echt in balans lopend paard te zoeken.
Mijn advies: Dwing de nageeflijkheid niet af met je hand. Neem de tijd om je teugelgevoel en teugelvaardigheid te ontwikkelen. Neem de tijd om het vertrouwen en de communicatie op te bouwen die nodig is. Pas die vaardigheden dan toe om die "Sweet Spot of Healthy Biomechanics" te vinden; die plek waar ontspanning, energie en balans samenkomen en waar je paard vanzelf gaat nageven.
Als je je paard kunt helpen om die "sweet spot" meer en meer zelf te vinden hebben jullie daar een LEVEN lang plezier van en een oersolide basis voor grote PRESTATIES zonder blessures.
Gedachten over verzameling, aanleuning en neusriemen
Naar aanleiding van een paar dagen jureren in het ZZ-licht..
Principe: De kwaliteit van de aanleuning is het resultaat van wat er in het lichaam én in het hoofd van je paard gebeurt.
Verzameling en aanleuning
Een soepele aanleuning en lichtheid in de voorhand zijn mogelijk als je paard zelf zijn balans en houding in de verzameling kan bewaren: eigen balans, eigen houding en op zijn eigen vier benen. Naarmate zijn vertrouwen, begrip voor je hulpen en atletisch vermogen toenemen kan hij zichzelf meer en langer verzamelen zonder zijn balans te verliezen en blijft hij daar ook ontspannen bij.
Die eigen balans, lichtheid en losgelatenheid kun je niet bereiken door het afdwingen van een opgerichte houding of het aansnoeren van de neusriem zodat je paard je hand niet kan ontwijken. In dressuurwedstrijden zien we echter telkens weer ruiters die dat proberen. Komt de verzameling (nog) niet vanuit het paard zelf, dan verliest hij zijn balans en daarmee ook zijn ontspanning, losheid en lichtheid ... en niet te vergeten: zijn plezier! Stel je maar eens voor hoe het voelt als je gedwongen wordt om met een ambitieuze stijve hark te dansen als je zelf de danspassen nog niet beheerst. Het resulteert in een strakke aanleuning of het open willen sperren van de mond (ook te zien aan opgetrokken lippen of uitgestoken tong) en leidt uiteindelijk vaak tot verzet of zelfs blessures. Dingen die je als jury regelmatig tegenkomt en niet kunt negeren!
Neusriemen
Ik heb al jaren geleden bij bijscholing voor Z juryleden gevraagd wat nu een "te strakke neusriem" is, want dat staat officieel als wreedheid te boek. Daar kwam een duidelijk antwoord op: er is geen norm!
In januari 2012 hebben diverse maatschappelijke en wetenschappelijke groepen, waaronder de ISES (International Society for Equitation Science) en Australia’s Veterinary Institute for Animal Ethics, een voorstel gedaan aan de FEI om een eenvoudig meetinstrumentje te introduceren om vast te stellen of neusriemen niet te strak zijn aangehaald. Gek genoeg heeft de FEI, ondanks steeds groeiende druk van publiek en wetenschap, nog niet gereageerd...
Alhoewel er dus geen norm is, is er wel een waarheid: als een paard de gelegenheid krijgt laat hij ons zelf zien wanneer we goed rijden. Hij kan ons laten zien wanneer het nog niet goed voelt: hij spert zijn mond open, rommelt met zijn tong, knarst, rent er tegenin of rolt zijn hals op om de druk ontwijken. Als het goed voelt is zijn mond ontspannen dicht en hij kauwt, slikt en likt. Dat zijn natuurlijke uitingen van ontspanning die moeilijk gaan met op elkaar gebonden kaken. Probeer dat zelf maar eens met je kaken op elkaar geklemd terwijl je aan het sporten bent.
Positief trainen
Als ruiter en trainer moet je signalen in de aanleuning dus serieus nemen, zowel het goede als het slechte. Denk niet te gauw "dat doet hij nou eenmaal" als hij iets doet met zijn mond of tong. Denk niet dat rijden met stang en trens meer punten oplevert (die vraag krijg ik ook wel eens van een ruiter).
Geef je paard gelegenheid om zijn kaken te ontspannen, te likken, slikken en kauwen, of de mond te openen als de druk te hoog wordt, door gebruik te maken een losse neusriem of helemaal geen neusriem. Wat je ziet of voelt in je handen is waardevolle informatie van je paard, die richting kan geven aan je training. Hij spreekt namelijk altijd de waarheid. Het is de beste feed-‐back die je kan wensen. Je paard is je belangrijkste jury en instructeur!
En als het om verzameling gaat: geef je paard gelegenheid om zich hierin geleidelijk te ontwikkelen. Eis niet van je paard om verzameling lang vol te houden als je aan de aanleuning merkt dat hij je dat nog niet geven kan of geven wil. In de training betekent het dat je soms een stap terug moet doen: korter, eenvoudiger oefeningen, elke goede poging echt belonen en ontspannen tussendoor. Geeft je paard groen licht? Begrijpt hij je, verzamelt hij zich zelf en is zijn mond ontspannen? Dan kun je de grenzen steeds een stukje gaan verleggen. Een paar passen langer volhouden, meer oefeningen achter elkaar, met meer verzameling of meer schwung.
Door zo te trainen, met een open hart voor wat je paard je vertelt, kom je sneller vooruit en heb je samen meer plezier. Dan voelt het voor je paard alsof het dansen onder jouw zachte maar zekere leiding een feestje wordt. En je gevoel bedriegt je nooit: echte verzameling voelt goed!
Hoefkatrol… en dan…
Binnen de groep professionals van HorseConnect werd gevraagd hoe wij tegen hoefkatrol problemen aankijken. Wat ik daar geantwoord heb leek me leuk om ook met jullie hier te delen.
Even voor het goede begrip: HK = hoefkatrol (dat is het gewrichtje zelf en heeft elk paard in elk been), HKO = hoefkatrolonsteking (ontsteking van het HK gewricht).
Laat ik beginnen met te zeggen dat ik zelf 2 paarden heb die ik met 3tjes op de HK in beide voorbenen heb gekocht op 6 jarige leeftijd (let wel: dus zonder O op dat moment), dus formeel "afgekeurd". Met één daarvan heb ik vervolgens de hele ORUN opleiding doorgereden en tegen de tijd dat men zijn HK gewrichten op 4tjes of erger beoordeelde liep hij vrolijk op Z2 niveau en hoger.
Slechte HK gewrichten is wat mij betreft totaal niet interessant zolang die O (van ontsteking) er niet aan te pas komt en die O komt denk ik doorgaans door 1 of meer van deze 3 dingen:
- ongezond rijden
- ongezond management
- ongezonde hoefverzorging
Mijn beide paarden zijn nu resp 23 en 27 en lopen goed met zo nu en dan (lees eens per jaar of paar jaar) een dipje in de regelmaat van de beweging. Op basis van de foto's van het HK gebied snappen de dierenartsen niet waarom ze nog zo goed lopen, maar voor mij is het simpel: HK gebied is slecht maar zonder O geen probleem. Beide paarden hebben vroeger op ijzers gestaan vanwege het gebruiksdoel maar zonder speciale correcties.
Ik heb nog nooit een paard met HKO duurzaam zien verbeteren met keggen of zooltjes. Wel tijdelijk door de ontlasting of vering die dat geeft, maar nooit duurzaam als niet ook die 3 factoren verbeterden die de O veroorzaken.
Over die drie factoren die naar mijn idee en ervaring een grote rol spelen:
- gezonde training betekent "uit de voorbenen rijden" dus zorgen dat ze in balans en niet op de voorhand lopen (dát vraagt goede begeleiding want dat kan niet iedereen zomaar!!) en ook niet overdrijven met springen en andere dingen die de voorbenen sterk belasten zoals zware bodems.
- gezond management: jaarrond hele dagen buiten op een manier waarbij ze voldoende bewegen (een paddock van 5 bij 5 is dus niet genoeg, liever pp of weide in de groep). Verder 1 keer per dag hooi hoog voeren zodat ze vierkant staan. Hierdoor worden de voeten meer gelijk en de proprioceptie op een meer symmetrische manier ontwikkeld. En ook: NAF superflex geven, bij intensieve sport ook preventief. En als er eens een mindere periode is: een osteopaat laten helpen om vicieuze compensatiecirkels te voorkomen en een poosje Devils Relief geven om de onsteking te helpen verdwijnen. Ook de tijd geven voor herstel natuurlijk, die wedstrijdring wacht wel.
- die voeten: zooltjes voor extra vering kan tijdelijk helpen, maar de vraag is of dat tegen de nadelen van ijzers opweegt (naar mijn idee op den duur niet). Keggen leiden "zegt men" tot verkorting van pezen en maken het probleem dus erger op den duur ipv minder. Heb ik ook nog nooit tot langdurige verbetering zien leiden, eerder het tegengestelde. Ik heb er de voorkeur aan gegeven om zo veel mogelijk ijzerloos te doen en daarbij vooral te zorgen dat ze gemakkelijk over de toon rollen. Een DA die per definitie iets heeft tegen natuurlijk bekappen vind ik onwetend en bevooroordeeld (dat was in het voorbeeld het geval). Ik denk meer aan functioneel bekappen en mijn hoefsmid Gregor Maas doet dat zonder formeel "natural" te zijn.
Nou lijken dit een heleboel dingen die we hebben gedaan of gelaten om die paarden blijvend goed te houden en dat klopt ook. Het betekent soms dat iemand grote veranderingen moet doorvoeren zoals andere plek voor zijn paard, andere instructeur, voeren van supplementen, even geen wedstrijdambitie hebben, osteopaat erbij en goed overleg met de smid (of die nou natural is of niet doet er wat mij betreft niet eens zo toe, als hij maar kennis heeft en op basis van logica mee wil denken).
Kortom een een slechte HK of een HK(O) diagnose is niet het einde. Waar een wil is, is meestal een weg. Niet altijd, maar meestal wel. En dat begint met de vraag: “Hoeveel hou je van je paard?"
Nadoen of nadenken?
Dogma's, dingen die per definitie zus of zo horen - en niet anders! - zijn niet zo mijn ding. Ik ben meer van de vele mogelijkheden, voelen, uitproberen, zelf oordelen wat goed is. Voor dát paard en die ruiter. Voor hier en nu, en met het oog op straks, later of ooit. Om de kwaliteiten te vinden die je nastreeft, zoals ontspanning, balans, vertrouwen, power, lichtheid, blijheid.
Klakkeloos nadoen wat anderen doen of een vast systeem volgen, zonder zelf te voelen en te oordelen, daar ben ik al heel lang geleden mee gestopt. Kennis van verschillende 'scholen' opdoen is goed. Er zijn meer wegen van A naar B. Nadoen is ook niet per definitie fout, want van nadoen kun je ook veel leren. Maar dat werkt alleen als je ook zelf nadenkt. En als je twijfelt vraagt om uitleg.
Handen altijd laag, waarom?
Neusriem hoort strak, waarom?
Eerst rechtsom, dan linksom, waarom?
Met of zonder bit, waarom?
Wat doe jij: nadoen of nadenken?
Leerversnellers voor je paard: Positieve, Negatieve en Neutrale Bekrachtiging (R+, R- en R0)
Hoe leert een paard eigenlijk? Dat zou elke ruiter of instructeur moeten weten!
Een paar quotes … herkenbaar?
- Leert hij het nou noooooiiiitt? (Hallo! Eerlijk? Dat zou ik zelf kunnen zijn jaren geleden …)
- Straffen is soms echt wel nodig, maar alleen onmiddelijk gevolgd op het vergrijp
- Voor belonen hoef je geen moment te kiezen, dat kan altijd wel
- Als ik mijn been eraf doe stopt hij gelijk
- Ik krijg pijn in mijn schouder doordat ik de linkerteugel strak moet houden
- Werken met negatieve bekrachtiging is fout
- Mijn paard is stout en opdringerig
- Mijn paard heeft geen zin in de training of laat zich niet vangen
- Sommige mensen kunnen ongelooflijke dingen met paarden. Het is net magie! Dat is niet voor mij weggelegd …
Gebrek aan kennis over gedragsleer oorzaak nr. 1 van “probleempaarden” en blessureleed
Ik kom in mijn bestaan als instructeur enorm veel situaties tegen waar problemen zijn ontstaan door onbewust aangeleerd ongewenst gedrag.
Onbewust omdat het erin geslopen is zonder dat de eigenaar dit heeft bedoeld. Het wordt pas opgemerkt als die zich eraan gaat storen of als er problemen ontstaan. De oorzaak is doorgaans dat de eigenaar zich er niet van bewust is dat een paard net zo simpel gewenste als ongewenste dingen aanleert en dat een paard op elk moment en van elke situatie leert.
Aangeleerd doordat de eigenaar geen kennis heeft van hoe een paard leert of die kennis niet juist toepast.
De invloed van gebrek aan kennis over hoe een paard leert gaat echter verder dan je denkt! Bij onduidelijkheid in het aanleren van hulpen ontstaat dikwijls een situatie waarbij de ruiter voortdurend zonder effect dezelfde hulpen blijft geven of een paard voortdurend blijft helpen, compenseren of begrenzen. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot steeds ergere scheefheid of tot blokkades door een onnatuurlijke houding en beweging. Die scheefheid en blokkades kunnen leiden tot blessures waarvoor langdurige revalidatie trajecten nodig zijn.
Daarnaast kan het ongewenste gedrag natuurlijk leiden tot onveilige situaties. Zeker met de gemiddeld toegenomen sensibiliteit en beweeglijkheid van onze paarden heeft dat tot gevolg dat veel vaker dan nodig paarden als stout, onhandelbaar of gevaarlijk stilletjes van het toneel verdwijnen.
Deze kennis maakte voor mij en mijn paarden veel verschil
Bij gedragstraining van paarden wordt veel gesproken over R+ en R-
De R staat voor het woord reinforcement en dat vertalen we als bekrachtiging of bevestiging van gewenst gedrag.
De + betekent dat je iets toevoegt.
De – betekent dat je iets weghaalt.
R+ is positieve bekrachtiging van gedrag
Door het toevoegen van een beloning bij gewenst gedrag of een gewenste respons krijgt je paard een fijn gevoel. Dit nodigt hem uit om dat gedrag of die respons vaker te doen.
Wil je dit principe effectief toepassen dan zijn twee factoren van groot belang. In de eerste plaats moet je een duidelijk beeld hebben van wat jij het gewenste gedrag of de gewenste respons vindt, want je paard heeft geen idee! En daarnaast is een passende manier van belonen belangrijk. De grootste beloning, die het allerbeste voelt, is echte ontspanning. Meer informatie over beloningen die voor jouw paard effectief zijn vind je in de blogpost "10 Manieren om dankjwel te zeggen.
R- is negatieve bekrachtiging van gedrag.
Door je hulp of de druk weg te nemen zodra je paard doet wat je bedoelde krijgt hij een gevoel van opluchting en dit nodigt hem uit om de volgende keer dat gedrag te herhalen.
Ook hiervoor geldt dat dit alleen maar werkt als de toepassing goed is. De juiste vorm en volgorde in je hulpen en een goede timing van het weghalen van de druk zijn cruciaal. Het liefst bereik je niet alleen een gevoel van opluchting maar geef je je paard gelegenheid om echt tot ontspanning te komen. Het komt veel voor dat die timing off is waardoor paarden juist het tegenovergestelde leren van wat je wenst. Bijvoorbeeld je beloont een traag paard na de inspanning in plaats van op het moment van zijn grootste inzet.
In de natuur vormen zowel R+ als R- het gedrag van paarden. In beide gevallen is ontspanning de ultieme beloning. In de opvoeding van paarden om zich te kunnen handhaven in onze mensenwereld en in de training wordt ook van beide leerprincipes gebruik gemaakt. Het is daarbij wel heel duidelijk dat paarden sneller leren en een sterkere relatie met hun trainer ontwikkelen als R+ (het belonen) daarbij de overhand heeft. Net als in de mensenwereld creëert het vertrouwen en motiveert het paarden als je je waardering voor zijn inzet laat blijken.
Gedrag afleren of ontmoedigen door P+ en P-
De P staat voor punishment en dat vertalen we als straf of correctie.
P- betekent dat je een fijn gevoel of een beloning wegneemt zodat het ongewenste gedrag “uitdooft”. Bijvoorbeeld: als mijn paard tegen de staldeur schopt als ik ga voeren, dan loop ik weer weg met het voer. Daardoor ervaart hij dat niet schoppen ertoe leidt dat hij eerder voer krijgt en het schoppen verdwijnt. In de praktijk blijkt onbewust gegeven beloningen vaak een oorzaak van ongewenst gedrag.
P+ betekent dat je een onaangename prikkel toevoegt zodra je paard ongewenst gedrag vertoont. Bijvoorbeeld: je paard een tikje op de borst geven als hij je voorbij loopt.
Op het eerste gezicht lijkt punishment wreed maar op precies de juiste manier toegepast hoeft dat dus niet per definitie altijd zo te zijn. En ook deze vormen van leren tref je aan in het natuurlijk gedrag van paarden.
Enkele voorbeelden van uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek
- De meeste gedragsproblemen kunnen voorkomen of verbeterd worden door een goede analyse van de factoren die het gedrag beïnvloeden. (Note: Let dus op patronen en vaste volgordes in gedrag. Wat gebeurt er voorafgaand aan ongewenst gedrag? En wat gebeurt daar weer voor?)
- Paarden die leerden om halt te houden aan de lange teugel met behulp van een combinatie van R- (teugeldruk ontspannen) en vervolgens R+ (belonen) deden dit met minder onrust in de hoofd/halshouding en nageeflijker dan paarden die dit leerden met alleen R-.
- Jonge paarden die werden beloond met voer (R+) als ze juist reageerden op een commando hadden aanzienlijk minder tijd nodig om een aantal vaardigheden te leren dan een groep die niet met voer werd beloond. Bovendien bleken de met voer beloonde paarden na langere tijd zich het aangeleerde beter te herinneren en vormden zij een sterkere band met de trainer.
- Bij alleen het gebruik van straffen (P+) neemt ongewenst gedrag weliswaar af maar leert het paard niet het gewenste alternatieve gedrag. Straffen leidt vaak tot onduidelijkheid en onzeker gedrag want het paard krijgt geen informatie over wat hij wél moet doen.
Nieuw? Neutrale Bekrachting oftewel “R0”
Er is wat mij betreft nog een extra vorm van bekrachting die niet onder de voorgaande leerprincipes te vangen valt. Een leerversneller die bijzonder effectief is en die ik nog niet in wetenschappelijke literatuur heb kunnen vinden: R0 oftewel neutrale bekrachtiging.
Neutrale bekrachtiging houdt in dat je gewenst gedrag – gevraagd of ongevraagd – laat gebeuren en voortduren zonder het te beïnvloeden. Je synchroniseert ermee, zoekt harmonie ermee, je past je aan, je beweegt of zit mee. Je geeft geen hulpen om het te behouden, ondersteunen, begrenzen of aan te passen. Je voegt niets toe en je haalt niets weg. Er is ontspanning! Je gaat mee in wat gebeurt zonder het te betuttelen of bekritiseren. Je neemt aan wat je paard aanbiedt zonder het op dat moment te (willen) beïnvloeden.
Het tegengestelde van R0 is micromanagement: voortdurend hulpen blijven geven, drijven, begrenzen, ondersteunen, helpen, corrigeren etc. Daarbij is nooit een moment van ontspanning! Wij mensen vinden het van nature moeilijk om niet te willen beïnvloeden wat gebeurt :)
Enkele voorbeelden:
- Matador springt tijdens een demonstratie onbedoeld aan in de “verkeerde galop”. Ik corrigeer hem niet maar help hem ook niet. Ik schakel om in mijn hoofd en ga met hem mee. Het voelt goed, hij ontspant en hij springt zelfverzekerd door. Het wordt de beste contragalop ever en sindsdien gaat de contragalop stukken beter.
- Op Ivo heb ik altijd van intructeurs gehoord “drijf, drijf, drijf!”, maar hij kreeg meer en meer tegenzin. Sinds ik stopte met hem voortdurend achter de broek zitten ging alles (alles!) beter. Bij de warm-up draafde hij graag maar voor een 5 en ik synchroniseerde mijn energie met die van hem. Ik wilde traag zijn niet belonen, maar ook niet pushen. Doordat hij zich kon ontspannen nam zijn motivatie toe, hij werd vlotter, verzameling werd veel makkelijker, mijn sporen konden in de kast en áls ik dan wat vroeg was hij er ook! Hij bleek veel sensibeler en sneller te leren dan ik ooit had verwacht en hij vergat het ook niet meer.
In bijgaand videosnapshot zie je een voorbeeld van zo’n moment waarin ik een travers inzet en er helemaal niets meer aan doe behalve meezitten. Had ik mee er wel mee bemoeid dan had ik daarmee hoogstwaarschijnlijk zijn beweging, houding en vooral het ritme verstoord.
Het gevolg van werken met neutrale bekrachtiging is duidelijk: meer ontspanning, meer inzet, meer zelfvertrouwen, meer in zijn eigen houding en balans (blokkadevrij), meer op eigen benen lopen, sneller en duurzamer leren. Waarom? Het voelt goed en wat goed voelt groeit.
Les 1 voor instructeurs in opleiding: hoe leert een paard?
In een onderzoek onder 830 trainers en instructeurs in Australië werd pijnlijk duidelijk dat zij geen goed begrip hadden van de werking en toepassing van manieren waarop een paard leert (zie kader). In de praktijk hier zie ik dat patroon ook erg vaak bij de regulier opgeleide instructeurs en jonge mensen die een paardenopleiding doen. In mijn eigen ORUN opleiding ontbrak deze kennis ook. Onlangs bij een lezing op de HBO opleiding Hippische Bedrijfskunde in Dronten zag ik tot mijn verbazing ook veel glazige blikken toen ik over R+ en R- sprak.
In het onderzoek in Australië (2008) antwoorde ca. 80% van hen dat ze positieve bekrachtiging erg nuttig vonden maar slechts 3% kon uitleggen hoe je het toepast in de training. 80% zei ook dat weghalen van de druk (hulp) de belangrijkste beloning was voor een paard maar slechts 20% vond negatieve bekrachtiging nuttig … terwijl dat hetzelfde is. Bovendien kon slechts 12 % uitleggen hoe negatieve bekrachtiging precies werkt. Minder dan 5% kon uitleggen wat de functie en toepassing van straffen is maar het werd wel toegepast.
Dit zou juist één van de eerste dingen moeten zijn die alle paardenprofessionals in opleiding zouden moeten leren! Door de International Society of Equitation Science (ISES) wordt hierop sterk aangedrongen. En leren van de theorie is natuurlijk niet genoeg. Je moet het je letterlijk eigen maken. Zo grondig dat het een automatisme wordt. Als instructeur moet je het bovendien ook herkennen en kunnen uitleggen aan je leerlingen.
Op de één of andere manier lijken veel wedstrijd- of sportgerichte ruiters te denken dat dit alleen belangrijk is voor mensen die hun paarden trucjes leren of voor vrijheidsdressuur.
Als álle instructeurs en trainers deze kennis aan hun leerlingen zouden doorgeven zorgt dat ervoor dat …
- er veel minder paarden en ruiters in de problemen komen
- je sneller en duurzamer trainingsresultaten bereikt
- minder paarden “weggedaan” worden vanwege gedrag
- minder paarden blessures krijgen
- je meer plezier beleeft aan je paard en aan de sport en
- dat het welzijn van paarden in training en sport enorm toeneemt!
“An idea that is developed and put into action
is more important than an idea that
exists only as an idea.”
Buddha
Zelf leren om deze leerversnellers in de praktijk toe te passen?
Een succesvolle toepassing van de leerprincipes in de praktijk vraagt om meer detail dan in een artikel even uit te leggen is. Er zijn ook nog meer leerprincipes dan alleen R+, R- en R0. Wil jij je dit ook eigen maken? Neem dan deel aan een 5 Day Intensive, aan een Jaaropleiding van Sport & Horsemanship United, of combineer de online cursus van Dressage Naturally met live begeleiding van Liesbeth Jorna.
Gratis Ebook met o.a. 10 manieren om je paard te belonen
Vraag het Ebook HIER aan[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row]
Een blij en blokkadevrij paard? Word goed in simpel rijden!
In deze blog:
- Verpruts niet wat moeder natuur cadeau geeft!
- 2 fouten die bijna iedereen maakt
- Blokkadevrij rijden houdt je paard gezond
- 4 sleutels om daar goed in te worden
- Een succesverhaal: transformatie in 5 minuten
Op eigen benen lopen is een cadeau van moeder natuur
Een aantal jaren geleden stond ik te kijken bij de les van de lokale ponyclub. Er reed een meisje mee met een jonge pony. Een meisje uit een gezin met veel ambitie in de dressuursport. Het was een prachtige pony met van nature goede bewegingen en hij deed enorm zijn best. Het meisje reed met een slofteugel, strak. Er werd wat cavalettiwerk gedaan maar de pony mocht daar niet aan meedoen. Ik herinner me dat ik me hardop afvroeg waarom niet en waarom die slof eraan zat, en kreeg een verassend antwoord van één van de ouders: “Hij moet eerst maar eens leren om op eigen benen te lopen”. De verwondering schoot door mij heen maar ik deed er het zwijgen toe (toen nog wel ;)). Ik dacht: “Volgens mij kon hij prima op eigen benen lopen … totdat ze hem met een slofteugel “in de houding” ging rijden en hem zijn natuurlijke coördinatie en bewegingsvrijheid ontnam. En ja … dan zal hij inderdaad problemen hebben met cavaletti …”
Een omgekeerde wereld! Je gooit eerst alles overboord wat je paard zelf kan en gaat vervolgens vinden dat alleen jij, de mens, het paard kan leren hoe hij op eigen benen moet lopen. Is het niet veel effectiever, leuker en gezonder als we de manier waarop het paard zijn eigen lichaam en beweging coördineert als uitgangspunt nemen? Als we hem zijn eigen balans LATEN ontwikkelen en hem dan gaan HELPEN om nog beter, rechter, sterker en slimmer te worden?
2 fouten die bijna iedereen maakt: micromanagement en zijwieltjes
Heb jij een paard dat wiebelig aanvoelt, onzeker of met wisselend tempo voorwaarts gaat, slingert, scheef loopt, een holle rug maakt, op de teugel hangt, tegen de hand loopt of anderszins geen fijne aanleuning opzoekt bij het rijden? Dan komt het je vast bekend voor dat je erop zit met een niet zo prettig of oncomfortabel gevoel. Je gebruikt het liefst alle mogelijke “hulpen” tegelijk om het zo snel mogelijk beter te laten voelen. We gaan dan “micromanagen” in plaats van gewoon simpel goed rijden.
Dit micromanagen leidt ertoe dat je voortdurend je paard blijft corrigeren en ondersteunen. Zodra je daarmee stopt valt het paard terug in zijn ongemakkelijke manier van bewegen, dus je moet je hulpen voortdurend “eraan houden”. Of … je verwacht dat hij terugvalt en daarom blijf je hem “helpen” waardoor hij niet echt de kans krijgt om te laten zien dat hij zelf goed in balans kan lopen. Kortom: we geven het paard niet de tijd en gelegenheid om zichzelf te organiseren en herbalanseren. Het is als een kind leren fietsen: als je de zijwieltjes er nooit afhaalt, leren ze nooit om zelfstandig overeind te blijven.
Blokkadevrij rijden in lichaam en geest
In onze behoefte om een paard zo snel mogelijk correct te laten bewegen zijn we dus prima in staat om zijn natuurlijke coördinatie ook ernstig te ontregelen. Daardoor ontstaan gemakkelijk compensatiemechanismen en blokkades in zijn lichaam. Dat leidt vervolgens tot grotere blessuregevoeligheid en dikwijls ook tot gedragsproblemen. Tenslotte zijn dan revalidatietrainers nodig die paarden en ruiters weer in goede banen moeten leiden.
Het liefst zou ik willen dat al die revalidatietrainers straks helemaal geen werk meer hebben. Dat er geen paarden meer in de blokkades geraken omdat iedereen zijn paard blokkadevrij kan trainen. Trainen op een manier waarbij het paard de kans krijgt om écht op eigen benen te lopen: in een houding en balans die hij zelf creëert en coördineert met zijn eigen brein en met zijn eigen spieren.
Hoe meer hij in een houding of beweging geforceerd of vastgehouden wordt, hoe groter zijn neiging om het tegenovergestelde te ontwikkelen. Hij ontwikkelt de spieren en mindset die uit die houding weg willen in plaats van de spieren en mindset die hem helpen aan eigen balans, eigen houding, zelfstandigheid en medewerking. Het tegengestelde dus van wat je eigenlijk wil.
De boodschap is dus: forceer niets en blijf hem ook niet voortdurend ondersteunen, maar geef hem juist gelegenheid om steeds meer zijn eigen houding en eigen balans te laten ontwikkelen.
4 sleutels om goed te worden in simpel en blokkadevrij rijden
Hieronder kun je de transformatie zien van Arumba en haar amazone Anita. Arumba is een energieke, enorm ruim bewegende en loopgrage eventing merrie die een paar jaar weinig heeft kunnen doen als gevolg van blessures. Anita wilde haar opnieuw opstarten nu zij weer helemaal in orde is, maar zocht gezien de aard van het paard begeleiding bij deze herstart. We hebben eerst enkele dagen grondwerk gedaan en met begeleiding vanaf de grond gereden om ontspanning te vinden en de relatie en communicatie op te bouwen. De foto’s zijn genomen op dag 5, de tweede dag dat Anita en Arumba zelfstandig reden. Het tijdverschil tussen beide foto’s is ongeveer 5 minuten. In die 5 minuten had Anita maar één opdracht: in één constant ritme eenvoudige maar precieze lijnen rijden en onderweg een stil contact onderhouden met zit en teugels. Het resultaat was zo’n mooi voorbeeld van wat simpel en blokkadevrij rijden voor je paard kan doen dat ik jullie dat niet wilde onthouden.
De aanpak die we hebben gekozen is iets wat ik met heel veel combinaties toepas en die cruciaal is voor een solide en blokkadevrije basis. Ik noem het gemakshalve CRRC, oftewel rijden met Constant Ritme, Richting en Contact. Dat zijn 3 sleutels en de 4e is je mindset. Ik leg ze stuk voor stuk uit …
Sleutel 1: constant ritme
Rijden met één constant tempo en ritme: tik tak tik tak tik tak…. Een gelijkmatig tempo en ritme dat past bij je paard. Actief maar niet gehaast, kalm maar niet sloom.
In het geval van Arumba lag het tempo waarin zij comfortabel loopt behoorlijk hoog. Dat tempo was even wennen voor Anita, maar door het constant te houden volgde al gauw ontspanning en harmonie.
Sleutel 2: constante richting
Hierbij gaat het er om precies de lijnen te rijden die je van tevoren uitkiest. Weet over welke zandkorrels je wilt rijden en weet exact waar de lijn begint en eindigt. Kies simpele, makkelijk te rijden lijnen. Denk vooruit, kies de lijn die je wilt rijden en rijd die dan ook exact. Kies eenvoudige lijnen, zoals (halve) grote voltes, diagonalen en gewoon de (binnen)hoefslag.
Gebruik vooral je intentie om de lijnen te rijden. Intentie = energie + een richting. Doordat je je lijn vooraf kiest kun je met een “laserbeam focus” de energie in de goede richting brengen, van punt naar punt, zonder dat je heel veel je teugels hoeft te gebruiken.
Sleutel 3: constant contact
Om je paard de gelegenheid te geven om met Constant Ritme en Richting een fijne “groove” te vinden moet je natuurlijk zelf zo min mogelijk in de weg zitten. Dat kun je doen door het contact tussen jou en je paard zo constant mogelijk te maken, zowel met je zit als met je teugels.
Je zit: zo stil en gebalanceerd mogelijk. Jouw zwaartepunt volledig meebewegend met het zwaartepunt van je paard. Zittend in het midden met evenveel druk op beide beugels en zitbeenknobbels. Meebewegen met zo’n energiek paard als Arumba kan een uitdaging zijn. Anita was goed in staat om haar zwaartepunt boven dat van Arumba te houden waardoor ze niet achterbleef. Door het constante ritme hoefde ze daar ook steeds minder moeite voor te doen.
Extra tip: probeer adem te halen op een manier die synchroon is met de beweging van je paard. Vooral in galop doet dat wonderen voor het ritme en de ontspanning.
De teugels: een lichte, symmetrische en voortdurend gelijkmatige verbinding. Ook in wendingen! Ongeacht de bewegingen van het paard. Wil je daar meer over lezen? Kijk de blog "Een stille hand is voortdurend in beweging.
Sleutel 4: geen oordeel!
Het belangrijkst is dat je als ruiter niet allemaal fancy stuff gaat doen tussendoor of van alles gaat vinden van hoe je paard loopt. Schort kritiek op de houding en beweging van je paard even op, ook als toeschouwers vinden dat het allemaal anders moet. Het is wat het is. Is zijn basistempo niet jouw favoriete basistempo dan is dat oké, zolang het maar constant is. Als hij niet recht is dan is dat oké, zolang jij maar zo symmetrisch mogelijk contact onderhoudt. Als hij nog op de voorhand loopt dan is dat oké, zolang jij maar in je eigen balans blijft. Geen oordeel, geen ingrepen om iets te veranderen. Rijd CRRC gewoon een poos onverstoorbaar door zodat jij en je paard de kans krijgen om harmonie te vinden. Geef het tijd, soms véél tijd. Minstens 5 minuten (in galop evt. korter afhankelijk van jullie conditie). Soms doe ik het weken achter elkaar, totdat alles stabiel aanvoelt. Ook in de warming up is het fijn en geeft het veel informatie over de staat van je paard.
Rijd met CRRC totdat je merkt dat er een gevoel van harmonie en ontspanning zijn ontstaan. 10 tegen 1 dat je paard tegen die tijd al veel fijner is gaan lopen en de aanleuning vanzelf beter is geworden dan toen je begon. Hij beweegt soepeler, gezonder, in zijn eigen balans, op eigen benen. En daar zit het goud: blij en blokkadevrij!
Van hieruit kun je verder gaan ontwikkelen en preciezer de energie en balans van je paard gaan beïnvloeden, zodat hij vanzelf nageeflijk zal worden en zijn bovenlijn zal loslaten.
Constant Ritme, Richting en Contact brengen Balans, Ontspanning en Harmonie
Harmonie brengt BewegingsVrijheid
BewegingsVrijheid voelt Goed!
Wil je ook leren om blokkadevrij te rijden?
Neem dan eens deel aan een 5 Day Intensive of aan het Progressief Trainingjaar van Sport & Horsemanship United, of combineer de online cursus van Dressage Naturally met live begeleiding van Liesbeth Jorna.
Een gratis Ebook staat voor je klaar!
Klik HIER om het Ebook aan te vragen.
Online Workshopserie Blokkadevrij Trainen
Binnenkort gaan we weer van start met de Workshopserie Blokkadevrij Trainen waarin jij in 6 weken HEEL VEEL kennis op kunt doen over biomechanica, trainingsfysiologie, trainingspsychologie, Trainer's Mindset, Trainer's Body en het maken van een trainingsplan. Mis het niet!
10 Manieren om "Dankjewel!" te zeggen
Je paard heeft er nooit om gevraagd om te werken in onze mensenwereld. Hij heeft geen idee waarom hij allerlei speciale bewegingen moet maken in een rijbaan die nergens heen gaat. Lintjes en bewondering van je supporters of concurrenten gaan volledig langs hem heen… tot je hem jouw waardering voor zijn inzet laat blijken.
Maken dat hij iets doet is niet moeilijk, maken dat hij het WIL doen is de kunst
Ruiters zijn vaak ambitieuze wezens. Als iets smaakt naar meer willen ze ook meer, langer, groter, vaker. Het liefst direct. Herkenbaar? Neem jij wel eens de spreekwoordelijke hele hand als je je paard je een pink geeft? Eerlijk… ik heb me daar ook vaak schuldig aan gemaakt. Maar wat ik er van geleerd heb is dit: maken dat hij iets doet is niet zo moeilijk, maar maken dat hij het wil doen is de kunst.
Een paard dat veel beloond wordt leert sneller en presteert beter
Goede ruiters tonen hun dankbaarheid voor de inzet van hun paard en kunnen daardoor veel meer bereiken. Een paard dat begrijpt wat de bedoeling is en graag zijn best voor je doet is immers veel gemakkelijker te rijden dan een paard dat zich verveeld, onderdrukt, onzeker, ongewaardeerd of gemanipuleerd voelt. En een paard dat bij de eerste, nog onvolmaakte pogingen voor een nieuwe oefening geforceerd of gedrilld wordt, zal ontmoedigd worden om zich meer in te zetten. Waardering echter geeft je paard vleugels!
“Horses run faster and jump higher out of heart desire”
Pat Parelli
Houd jezelf niet voor de gek!
Je paard voelt feilloos aan hoe je je voelt tijdens de rit. Ze lezen je gedachten, je energie en je lichaamstaal. Ze voelen het verschil tussen frustratie, ongeduld of angst versus ontspanning, vergevingsgezind en blijheid.
Als kuddedieren zoeken paarden ook van nature naar harmonie en samenwerking. Veruit de meeste paarden willen graag begrijpen wat je van ze wil. Bedenk dus dat het de moeite loont om om ze daarbij te helpen, want train je alleen zijn lichaam dan laat je veel potentie onbenut.
10 Manieren om “Dankjewel!” te zeggen
- Denk het! >>Je paard voelt het als je dankjewel denkt. Hij ervaart de ontspanning die daarmee gepaard gaat en dat voelt goed.
- Zeg het! >> Zeg “goed zo”, “yes!”, “good boy” of wat dan ook bij jou past. Zelfs als je dat zachtjes doet zie je vaak even zijn oor jouw richting op gaan. Voor een extra goede prestatie mag je ook best enthousiast zijn. Je paard voelt dat ongetwijfeld aan en dat enthousiasme kan aanstekelijk werken.
- Aai of krabbel In plaats van harde klappen op zijn hals, geef liever een aai of krabbeltje. Let erop dat je door deze beweging niet je balans verandert, want daarmee dien je je paard natuurlijk niet.
- Leg even een hand tegen zijn huid Simpel even contact maken geeft je de mogelijkheid om je paard wat extra zekerheid te geven. Natuurlijk volg je daarbij zijn beweging en zijn ritme.
- “Macrorelease” Een “release” is het wegnemen van druk of hulpen. Een “macrorelease” is een grote en duidelijke dankjewel. Voorbeelden: na een oefening even vrij voorwaarts, halsstrekken of een rustpauze (“game over”). Je kan ook direct afstappen natuurlijk. Dat zal hij zeker onthouden.
- “Microrelease” Als je de oefening niet wilt onderbreken maar toch dankjewel wil zeggen kun je dat doen door even luchtiger te zijn in je hand en zit, of door even een paar passen de oefening iets makkelijker te maken. Het “überstreichen” dat nu in de dressuurproeven is opgenomen, is hier ook een voorbeeld van.
- Onbedoelde initiatieven waarderen Als je paard zich echt inzet zal hij ook wel eens iets aanbieden wat je (nog) niet gevraagd hebt. Bijvoorbeeld hij springt in de verkeerde galop aan of geeft je een vliegende wissel als je contragalop bedoelt. Straf dit niet af, maar neem het aanbod aan, maak er iets moois van en bedank hem. Zo ontvang je soms onverwacht briljante dingen.
- Spelen Heb je een extravert paard dat graag speelt? Dan kun je hem belonen met bijvoorbeeld even wat sprongetjes, schoppen tegen een bal, ergens op staan of andere aangeleerde spelletjes.
- Snoepjes of grazen Voedselbeloningen kunnen wonderen doen… maar zijn nooit gratis! Je paard moet er wel wat voor doen. Ook is belangrijk dat je je paard leert om beleefd te blijven. Gaat je paard moeilijk achterwaarts? Beloon hem dan eens wat vaker na een paar mooie passen. Je zal zien dat hij al snel soepeler achterwaarts gaat. Stop dus wat brokjes of een wortel in je zak (telkens kleine stukjes afbijten), of als je op gras rijdt, laat hem eventjes grazen.
- Rust Hoe meer je paard ontspanning of stilstaan waardeert hoe beter je rustpauzes kunt gebruiken als beloning. Sta gewoon even stil en laat hem (en jezelf) nog even nagenieten van het goede moment. Heb je een “lui” paard? Dan is dit de beloning die hij het meeste waardeert. Heb je een stressgevoelig paard? Dan geeft dit hem te tijd om het even te laten bezinken.
In elk geval: kies een manier die je paard ook echt waardeert want dat is niet voor alle paarden hetzelfde. Hoe meer je de inzet van je paard beloont, hoe meer hij je zal willen geven. Zo kom je in een opwaartse spiraal van rijden met minder moeite en meer prestatie en plezier.
Dank je wel… voor het lezen!
Ontspanning, losgelatenheid en balans in galop
Ik wil jullie graag meenemen in een specifiek stukje in de basisopleiding van een paard: het vinden van een ontspannen gebalanceerde galop aan de longe.
Skoki is van nature bijzonder atletisch en werkwillig. Zó werkwillig, vlug en krachtig dat hij snel teveel doet en er zelf van in de war raakt. Terwijl je veel paarden moet vragen om méér te doen, moeten we hem voortdurend uitnodigen juist minder te doen! De laatste tijd heeft hij moeite met linkergalop: gespannen, scheef, te hard gaan. We moeten op zoek naar meer ontspanning en losgelatenheid. Het plaatje: rustige diepe ademhaling, actieve bewegingen die losjes door zijn lichaam deinen, in balans op zijn eigen vier benen, een lage ontspannen hals, rustige oogopslag en ontspannen oren en staart.
Zelf de balans vinden
Dat kun je niet afdwingen! Hij moet het zelf vinden, zelf zijn eigen lijf durven loslaten en in balans brengen. En daarom gebruik ik geen hulpteugels. Alles gebeurt door communicatie op afstand: over de plek van de cirkel, over de positie van zijn hoofd, voorhand en achterhand, over meer of minder energie. Het belangrijkst: aanmoedigen van zijn pogingen om zichzelf los te laten en in balans te brengen. Ik moet de gids zijn op zijn zoektocht!
Kijk mee naar de foto’s!
Deze fotoserie neemt je mee tijdens twee longeersessies twee dagen achter elkaar. In twee keer daaraan voorafgaand hebben we de communicatie opgebouwd en heeft hij al een fijne ontspanning en stretch gevonden in stap en draf. Een actieve stretch van zijn hakken tot zijn oren. Nu dus de galop.
Ik hoop dat je niet alleen met je ogen naar de foto’s kijkt maar ook met je gevoel! Skoki en ik waren allebei heel blij met de vooruitgang. Het vervolg? Dit meer bevestigen en gaan vertalen naar het rijden!
1 Hij galoppeert braaf aan als ik dat vraag maar je ziet de pijn en de onbalans. Hij trekt en gaat scheef, met de neus naar buiten en de achterhand naar binnen. Zijn hals en rug verstrakken direct. Het voelt zichtbaar niet goed en zijn gezicht spreekt boekdelen: oren plat, een holle blik en de kaken op elkaar.
2 Door de sessies in stap en draf heeft hij zelf al wel een idee waar hij naar op zoek moet om zich beter te voelen. Deze eerste poging om zijn hals iets te laten vallen leidt tot nog plattere oren. Zijn lijf werkt nog niet mee en de galop is kort en stijf.
3 Ik vraag hem iets van de hoefslag naar binnen te komen en zijn achterhand iets naar buiten te verplaatsen. Mmm, dat schept al wat rek in de hals, maar de rest van zijn lijf blijft nog onaangenaam strak. Kijk maar naar zijn gezichtsuitdrukking. Na elke goede poging tot stretchen stoppen we even.
4 “Als ik nou heel hard ga galopperen, wordt het dan makkelijker?” Dit is ook waar we bij het rijden tegenaan lopen: hard lopen en over de linkerschouder vallen. Onbalans in het groot! Ik moest hoorbaar uitblazen om hem te vertellen dat het beter was om het wat rustiger aan te doen.
5 Ok, iets rustiger aan. Hij doet nu echt ontzettend zijn best om de achterhand eronder te houden in plaats van naar binnen. En hij probeert elke keer een stukje verder te strekken omdat ik elke poging met stem of even rusten beloon. Maar als je kijkt met je gevoel dan zie je nog ergens een blokkade.
6 “Oooo, wacht eens even, dat spiertje ook nog los …. pfffff, dat galoppeert lekker!” Hij begint nu te briesen en zijn rug golft soepel door de galopsprongen heen. Het voelt duidelijk goed voor hem, want hij zoekt deze stretch telkens weer op.
7 Op eigen benen aan een losse lijn, ritmisch, ontspannen en losgelaten door zijn hele lichaam maar toch actief. Dit kun je niet afdwingen. Hij doet het zelf want balans voelt goed! Hij heeft het zelf gevonden, met mij als zijn coach. Blij!
Een filmpje over het gezond en vrij longeren van je paard
Door middel van softness, leiderschap en een zorgvuldig aangeleerde communicatie kun je je paard op een gezonde manier vrij longeren zonder hulpteugels en … zonder longe!
Meer weten?
Wil je meer weten van Skoki en zijn bijzondere karakter? Of over de mindset van de trainer bij zo’n enorm sensibel paard? Bekijk dan deze recent gemaakte vlog van Snuitable:
5 Bewezen succesvolle stappen om je paard te helpen met zijn balans
Balans voelt goed! Dat is een onweerlegbaar feit. Wel eens gedanst met een echt goede danspartner? Zo één die duidelijk leidt maar je toch op eigen benen laat dansen? Vrij maar met verbinding. Met gevoel over en weer, energiek, losjes, lichtvoetig? Je durft en kan steeds meer: het laat je stralen!
“Balans is ergens in het midden tussen scheef naar de ene of naar de andere kant, ergens tussen natuurlijk evenwicht en verzameling.”
Een onbereden paard is prima in balans … tot wij er ons mee gaan bemoeien … en er een ruiter op zijn rug gaat zitten. Het paard zal zijn natuurlijke balans moeten hervinden met die ruiter op zijn rug. Als dat lukt groeit zijn bewegingsvrijheid en zelfvertrouwen en zal hij met plezier zijn ruiter dragen. De meeste paarden lopen echter niet vanzelfsprekend in balans met een ruiter op hun rug. Ze spannen spieren aan die ze beter los kunnen laten, lopen op de voorhand en scheef. Dat kan komen door én leiden tot pijn, emoties en onbegrip. En dát leidt op zijn beurt tot steeds meer scheefheid bij ruiter en paard, verminderde kracht en coördinatie of zelfs blokkades en blessures. Reden genoeg om te zorgen dat je je paard helpt om zijn eigen balans terug te vinden en waar nodig te verbeteren!
“Balans is dynamiek, altijd in beweging. Hoe meer je bang bent om de balans kwijt te raken hoe minder je het vindt. Hoe beter je met je paard kunt communiceren, hoe minder erg het is als hij de balans even kwijt is … want je kan hem altijd helpen om het terug te vinden!”
5 Stappen om je paard te helpen aan balans
Er bestaat geen standaardrecept voor balans want alle paarden en ruiters zijn verschillend. Om balans te vinden moet je op zoek, maar het helpt om dat met een logische opbouw te doen.
1. STABILITEIT IN RITME, RICHTING EN SYMMETRIE (SRRS)
Begin met met je paard in een constant tempo te laten lopen waarbij je eenvoudige lijnen precies rijdt (hoefslag volgen, binnenhoefslag, diagonalen, grote volte). Als ruiter ben je zo symmetrisch mogelijk en midden boven je paard: gelijke druk op beide beugels, zitbeenknobbels en teugels. Het paard mag hier in een natuurlijke eigen houding lopen.
Als je dit aan de longe doet: loop niet mee, draai hooguit mee op een vaste plaats. Uiteraard zonder je te bemoeien met zijn houding, dus ook zonder hulpteugels.
Consequente hulpen geven én echt geheel stoppen met je hulp als het tempo en de lijn goed zijn, is de sleutel.
2. COMMUNICATIE EN COÖRDINATIE OPBOUWEN VANAF DE GROND EN IN HET ZADEL
Leer je paard om op een lichte vraag zijdelings te buigen, afzonderlijk zijn voor- of achterhand naar links of rechts te verplaatsen, zijwaarts of achterwaarts te bewegen. Ja … dat was maar één zin maar het zijn al een heleboel stukjes afzonderlijke communicatie om aan je paard te leren.
De meeste ruiters geven gewoon hulpen "uit het boekje" en verwachten dat hun paard dan doet wat wordt bedoeld. Dat is natuurlijk vaak helemaal niet het geval als ze niet eerst (a) de hulpen aan het paard hebben uitgelegd en (b) het paard heeft geleerd wat hij met zijn lichaam en benen moet doen. We zien dus veel gewring, geduw, geworstel en getrek, vooral bij pogingen om zijgangen te rijden.
De tijd die je besteedt aan het opbouwen van communicatie en coördinatie verdien je later in 1000voud terug in de vorm van lichtheid en gemak!
3. RIJDEN MET EEN STILLE NEUTRALE VERBINDING IN ZIT EN TEUGEL
Een stil contact voor je paard betekent dat je volledig met hem meebeweegt, dus niet dat je hand op één plek vaststaat. Een neutrale hand is een hand die voelt naar het paard, die niets eist of vraagt. Een hand die ontvangt en niet zendt. Dit vraagt beheersing van je natuurlijk grijp-, knijp- en trekreflexen! Kies eerst eenvoudige lijnen: hoefslag volgen, grote voltes … nothing fancy! Blijf dit doen totdat hij zelf zijn natuurlijke balans heeft hervonden en vertrouwd is geraakt met het ruitergewicht. En, zeker zo belangrijk: wij moeten zelf een goede passagier zijn en onze eigen balans aanpassen aan zijn manier van bewegen.
4. SPELENDERWIJS BALANS ZOEKEN DOOR VERANDERING IN JE EIGEN HOUDING EN BALANS
Het is onze bedoeling het paard zoveel mogelijk zelf te laten ontdekken wat goed voelt. Zodat hij die balans steeds meer zelf opzoekt en niet voortdurend “micromanagement” nodig is. Om samen die balans te vinden moet je een heel creatief en nieuwsgierig zijn. Het is zoeken naar een beweging die goed voelt, ook voor je paard. Begin altijd bij jezelf! Als je erop zit kun je variaties in je eigen balans testen: wat gebeurt er als ik iets meer gewicht op de linker of rechter beugel breng, iets meer naar voor of achter zit, mijn linker- of rechterschouder naar voor draai, etc. Iedereen die wel eens op de flexchair heeft geoefend weet dat kleine houdingsveranderingen grote impact hebben!
5. SPELENDERWIJS EXPERIMENTEREN MET DE LICHAAMSPOSITIE VAN JE PAARD
Als je de communicatie over zijdelings buigen, voorhand verplaatsen en achterhand verplaatsen ook vanuit het zadel goed hebt opgebouwd kun je spelen met de lichaamspositie van je paard. We vragen bijvoorbeeld om het gewicht van de voorhand meer naar het buitenvoorbeen te verplaatsen en voelen wat er verandert.
Stel je het voor als een gesprek: “Kun je je gewicht meer naar de buitenschouder verplaatsen? Dankjewel. Hoe voelt dat?” Het moment dat goed voelt is misschien niet het moment van die positie zelf maar een momentje als je paard weer terug “veert” en door het midden komt. Als je dat moment vindt kun je een volgende vraag stellen: “Zou je deze positie een paar passen kunnen volhouden?” Eerst zal hij vaak naar zijn oude voorkeurspositie terugveren (zou je zelf ook doen!!). Je kunt hem dan even snel herinneren: “Die schouder, weet je nog?” Die herinneringen worden steeds kleiner en minder vaak. Hij gaat het langer zelf volhouden. Durf ook eens met opzet “lekker fout” je paard de achterhand uit te laten zwaaien of juist over de binnen- of buitenschouder te “laten vallen”. Niet wild, maar voelend naar wat er precies gebeurt en op welk moment je paard kan ontspannen of juist in zijn kracht komt.
Balans voelt goed en maakt alles makkelijker
Vertrouw op je gevoel en op de feedback van je paard! Je paard zal zich ook fijn voelen als hij balans gevonden heeft: hij wil dan doorgaans graag zijn bovenlijn strekken en geeft vanzelf na. Sommigen ontspannen dan zo dat je ze even moet herinneren aan energie. Sommigen komen ineens echt in hun kracht! Natuurlijk geef je je paard de gelegenheid om van zijn nieuw gevonden balansmomenten te genieten en wordt zijn succes nadrukkelijk beloond. Met de deze nieuwe eigen balans als “thuisbasis” wordt alles wat erna komt veel makkelijker! En dat niet alleen: als je paard goed in balans loopt en je niet voortdurend hoeft te begrenzen of ondersteunen loopt hij ook minder risico op chronische blessures!
Meer informatie of leren hoe je dit in de praktijk brengt?
- Jaaropleiding “Progressief Trainingsjaar”
- 4 weekse training
- 5 Day Intensive trainingsweken
Geeft jouw paard écht groen licht voor opstijgen? 5 Tips voor opstijgen met gemak
Opstijgen staat in de top 10 van “paardenproblemen”!
Herken je jezelf in één van deze cartoons?
- Je paard loopt weg of vliegt achteruit zodra je je voet in de beugel wil zetten.
- Je zit nog maar amper, met maar één voet in de beugel, en je paard is al vertrokken.
- Je paard wil niet bij het opstapje stilstaan … jij met je krukje achter je paard aan … zodra je het neerzet vertrekt hij weer … jij verzet je krukje … en net als je daar op stapt vertrekt hij weer … …
- Je paard wil wel bij het opstapje staan … maar een beetje te close … en duwt jou ondersteboven.
- Je paard moet vastgehouden worden want anders kom je er niet op.
- Je paard wil niet eens de rijbaan in, laat staan dat je erop komt.
- Je paard ondergaat het opstijgen schijnbaar gelaten maar ontploft daarna.
De boodschap van al deze paarden is gelijk: “Ik wil niet dat je opstapt”
Eigenlijk is alles terug te voeren op één oorzaak: je paard wil liever niet dat je op zijn rug gaat zitten. Je paard geeft “rood licht”. De oorzaken zijn divers: pijn, ongemak, angst, onzekerheid, wantrouwen, onbegrip, verveling en zeker niet te vergeten: onbedoeld aangeleerd gedrag! Soms ontstaat het sluipend omdat kleine signalen over het hoofd worden gezien. Dikwijls is er een duidelijk voorval aan te wijzen waarbij het mis is gegaan en het wederzijds vertrouwen een deuk heeft opgelopen.
“You never get a second chance for a first impression”
Vaak is het probleem terug te voeren naar hoe een paard zadelmak is gemaakt. Met name in die gevallen waar het voor het paard iets te snel is gegaan. Hij is gelongeerd, er heeft al iemand overheen gehangen terwijl hij wordt vastgehouden en er gaat een ervaren ruiter op die goed boven kan blijven als het gek gaat. Vanuit het paard gedacht wil je die situatie natuurlijk helemaal niet meemaken. Onbegrip, onzekerheid en angst zijn een slecht fundament om op te bouwen.
Er zijn veel paarden waarbij juist deze fase waar, het grootste vertrouwen voor nodig is en waar ze het kwetsbaarst zijn, een periode is geweest waar hun vertrouwen geschonden is en ze tegen hun wil van alles moesten ondergaan dat ze niet begrepen. Die eerste indruk, waarvoor je nooit een tweede tweede kans krijgt, achtervolgt zo’n paard vaak voor lange tijd en soms komen de gevolgen daarvan pas veel later te voorschijn. Het goede nieuws is: je kan het veranderen!
Gehoorzaamheid is niet genoeg
Voor de partnerschap met je paard én voor je eigen veiligheid is het van belang dat je paard rustig en kalm kan stilstaan en wachten. Gehoorzaamheid is niet genoeg. Wat veel belangrijker is, is dat jouw paard het écht oké vindt. Dat er een connectie is en dat hij je graag op wil laten stijgen. Dat hij je volledig vertrouwt en dat hij weet dat hij geen enge of vervelende dingen moet gaan doen. Dat hij je als het ware toestemming geeft om op te stijgen: groen licht!
5 TIPS om groen licht te krijgen voor opstijgen
Neem de tijd om een stap terug te doen en van opstijgen een een moment te maken dat een goed band smeedt. Daar hebben jij en je paard een leven lang plezier van. Onderstaande tips gaan je helpen!
1. OBSERVEER EN VOEL: WAT VERTELT JE PAARD JOU?
Rood, oranje of groen licht? Je kan het herkennen aan bijvoorbeeld:
- Spierspanning: voelt hij zacht aan, is zijn hals laag?
- Ademhaling: is deze kalm en diep?
- Benen: kan hij ze stilhouden, welke kant wil hij op?
- Gelaatsuitdrukking: ontspannen ogen, oren, kaken en mond?
- Is zijn aandacht bij jou? Positief of negatief? Of is hij “bevroren”, naar binnen gekeerd? Vooral dat laatste is een valkuil want het is vaak een voorbode van een grote reactie. Stilstaan is niet altijd een groen licht!
2. STIJG OP MET AANDACHT EN GEVOEL VOOR JE PAARD
Stel je voor dat iemand op jouw rug gaat zitten. Als diegene botst tegen een botje, ergens hard duwt of trekt of je uit balans brengt, dan is dat geen prettige ervaring. Als ze hun aandacht niet bij jou hebben evenmin. Deze kleine dingen kosten helemaal geen tijd maar maken een groot verschil voor je paard:
- Aansingelen: liefst stap voor stap en van beide kanten.
- Balans: let even op of hij stevig staat.
- Pak de voorboom van je zadel en probeer je paard uit balans te krijgen door heen en weer te bewegen. Hierdoor zal je paard zijn voeten stevig onder zijn lichaam plaatsen waardoor hij niet uit balans raakt als je erop klimt.
- Weglopen: als je paard gaat lopen, blijf relaxed en buig hem met één teugel tot hij weer ontspannen stilstaat en beloon.
- Priktenen: als je teen tegen hem aan komt, liever tegen de singel dan in zijn buik.
- Soepel en licht: veer zelf goed op zodat je soepel en licht op kan stijgen. Werk aan je eigen fitness indien nodig.
- Been erover: voorkom het aantikken van de billen van je paard.
- Bedank hem even als je erop zit!
3. BOUW KREDIET OP
Neem de mening van je paard serieus. Help hem en bouw krediet op. Krijg je groen licht? Zeg dan eens “dankjewel” en stap weer af … of stap zelfs niet eens op! Als opstijgen echt een issue is, dan loont het de moeite om je training een paar keer alleen daarop te richten en hooguit wat ontspannen rond te rijden tussendoor. Gretig zijn, gelijk een uur hard gaan trainen als hij eindelijk toestemming gaf, kan ervoor zorgen dat hij morgen het spel niet meer mee wil spelen. Zorg dus dat hij reden heeft om de volgende keer weer met plezier in te parkeren naast jouw krukje. Omdat hij die vorige keer een fijne ervaring vond.
4. LEER JE PAARD “INPARKEREN” !!
Wij hebben al onze paarden geleerd om naar ons toe te draaien en zich zo te positioneren dat we zo op kunnen stappen. Of we op een krukje of boomstronk staan of op een hek zitten maakt geen verschil. Het gaat erom dat het paard zich naast jou inparkeert want je wil overal op kunnen stappen.
Inparkeren kun je met een beetje geduld en veel belonen elk paard leren. Voorwaarde is dat je paard geleerd heeft om niet bang te zijn voor de stick of zweep. In het begin tik ik met een opgeheven horsemanship stick of zweep rustig de andere kant van het paard aan totdat hij ietsje naar me toe draait. Zelfs de kleinste beweging in de goede richting beloon ik direct. Dat bouw ik uit totdat hij vloeiend onder mijn opgeheven hand inparkeert. Als je hier even moeite voor doet kost het een paar sessies en daar heb je dan een leven lang plezier van.
5. DE FINALE CHECK: OPSTAPPEN EN STIL BLIJVEN STAAN MET EEN DOORHANGENDE TEUGEL
Pas als je de teugel geheel door kunt laten hangen weet je zeker dat hij echt groen licht geeft. Hij heeft niet de behoefte om weg te lopen en is echt ontspannen. Maak er zoveel mogelijk gewoonte van om niet gelijk weg te rijden en even met doorhangende teugel te blijven staan. Om dit te stimuleren en om jullie connectie te bevestigen kan je eventueel vanuit het zadel even belonen met wat lekkers of een aai over zijn hoofd.
“Your horse giving permission to mount is a natural result of partnership and of your horse wanting to be with you”
Karen Rohlf
P.S.
Als je dit artikel of delen ervan wil gebruiken denk er dan de bron te vermelden: "bron: Liesbeth Jorna - Sport & Horsemanship United (www.sporthorsemanshipunited.nl)”
Meer artikelen en trainingtips: ga naar FREE STUFF op de website