4 soorten teugelverbinding

Alles wat je paard doet en denkt kun je voelen door je teugels ... en andersom geldt dat meestal ook.

Voor jou als ruiter zijn er eigenlijk maar twee standen mogelijk voor teugelcontact: zenden of ontvangen. Is je hand heel druk met zenden? Dan zal je weinig informatie van je paard voelen. Vaak blijkt dat minder doen met je hand meer resultaat oplevert. En minder doen, dat is een hele kunst. Maar iedereen kan het leren en je paard zal het waarderen!

Grofweg zijn er 4 SOORTEN TEUGELVERBINDING:

  1. Geen verbinding: je teugels hangen door. Je bent voor communicatie en informatie aangewezen op de verbinding van zit en benen, op je gevoel voor balans en op wat je ogen zien
  2. Passieve verbinding: constante lichte verbinding. Je hand volgt je paard volledig in de beweging van hoofd en hals. Er is geen beperking, geen begrenzing, geen hulpen, alles is neutraal. Als een stille telefoonlijn zonder storingen en ruis
  3. Begrenzende stille verbinding: Je hand is neutraal (=geeft geen hulpen) maar geeft niet bij alles mee. Er is een beperking of een begrenzing, zonder dat er sprake is van trekken.
  4. Actieve verbinding: dit zijn de echte teugelhulpen. Hier is je hand aan het zenden.

Wat wil je paard NIET?

  • Een wisselende verbinding, los-vast, als krakende en haperende telefoonlijn. Hierbij moet je paard zit voortdurend aanpassen en raakt hij gemakkelijk verward en uit balans.
  • Een ruiterhand die voortdurend zendt en weinig ontvangt.

Met teugelvaardigheid kunnen we gemakkelijk een dag vullen. Dat doen we dan ook in de Jaaropleiding Blokkadevrij Trainen. Veel prakijkoefeningen, niet alleen te paard maar ook zonder paard. Zodat we zonder ons paard lastig te vallen van alles kunnen uitproberen en stuntelen zoveel we willen. Altijd weer een dag voor veel eye-openers en fun!

Maar eerst: let eens voor jezelf op welke van die 4 soorten teugelverbinding je in de praktijk gebruikt!

Meer weten?

Klik hier om meer te weten over de Jaaropleiding Blokkadevrij Trainen.


Alles wat je paard doet of denkt kun je voelen door je teugels

  • Heb jij het gevoel dat je voortdurend je paard "aan de teugel" moet houden?
  • Ben je bang dat hij direct niet meer "in de krul" loopt zodra je even je hand, been of zit ontspant?
  • Zit je paard "vast" aan één kant en valt hij over binnen- of buitenschouder in de wending?
  • Is de verbinding met de teugels strak of juist te los?

Bedenk dan dat de kwaliteit van de verbinding het resultaat is van wat er in de rest van je paard gebeurt. En dat je wat je in je handen voelt meestal dus niet met je handen op kunt lossen!

Alles wat je paard doet of denkt kun je door je teugels voelen. Dat kan alleen als je handen in de "ontvangststand" staan en niet druk bezig zijn om je paard te micromanagen.

Eerder heb ik een bericht geschreven over de 4 soorten teugelverbinding (zie HIER). Dit verhaal sluit daarop aan.

Informatie ontvangen door je teugels kan alleen als je handen niet aan het "zenden" zijn.

Als je even niet bezig niet bezig bent met begrenzen of hulpen geven ... als je voelt NAAR je paard ... als je de feedback die je krijgt via je teugels tot je door laat dringen ... als je niet voelt met je handen maar DOOR je handen ...

Dan kun je enorm veel informatie ontvangen over de "staat van je paard". En met die informatie kun je doelgericht op zoek naar een oplossing.

Is je paard ONTSPANNEN (fysiek en mentaal), ENERGIEK en in BALANS (links-rechts, voor-achter en de combinatie daarvan) dan zal er vanzelf een zachte verende en symmetrische verbinding ontstaan, waarbij het paard ook VANZELF NAGEEFLIJK wordt.

Als je de nageeflijkheid probeert met je hand af te dwingen, merk je doorgaans dat het goede gevoel in je hand voortdurend de neiging heeft weer te verdwijnen. Dat komt dan omdat het paard in zijn lichaam en geest niet de juiste combinatie van ontspanning, energie en balans heeft. Oftewel: de hoofd en halshouding die je met je hand bewerkstelligt is niet in harmonie met de rest van je paard.

Daarentegen: ECHTE BALANS VOELT ALTIJD GOED! Voor je paard en ook voor jou.

Echte balans is mogelijk als de ontspanning, energie en balans met elkaar in overeenstemming zijn, zodanig dat BEWEGINGSVRIJHEID ontstaat: een beweging zonder blokkades of compensatiemechanismen.

De meeste ruiters gaan voor het plaatje en nemen niet de tijd om het WOW! gevoel van een echt in balans lopend paard te zoeken.

Mijn advies: Dwing de nageeflijkheid niet af met je hand. Neem de tijd om je teugelgevoel en teugelvaardigheid te ontwikkelen. Neem de tijd om het vertrouwen en de communicatie op te bouwen die nodig is. Pas die vaardigheden dan toe om die "Sweet Spot of Healthy Biomechanics" te vinden; die plek waar ontspanning, energie en balans samenkomen en waar je paard vanzelf gaat nageven.

Als je je paard kunt helpen om die "sweet spot" meer en meer zelf te vinden hebben jullie daar een LEVEN lang plezier van en een oersolide basis voor grote PRESTATIES zonder blessures.


Gedachten over verzameling, aanleuning en neusriemen

Naar aanleiding van een paar dagen jureren in het ZZ-licht..

Principe: De kwaliteit van de aanleuning is het resultaat van wat er in het lichaam én in het hoofd van je paard gebeurt.

Verzameling en aanleuning

Een soepele aanleuning en lichtheid in de voorhand zijn mogelijk als je paard zelf zijn balans en houding in de verzameling kan bewaren: eigen balans, eigen houding en op zijn eigen vier benen. Naarmate zijn vertrouwen, begrip voor je hulpen en atletisch vermogen toenemen kan hij zichzelf meer en langer verzamelen zonder zijn balans te verliezen en blijft hij daar ook ontspannen bij.

Die eigen balans, lichtheid en losgelatenheid kun je niet bereiken door het afdwingen van een opgerichte houding of het aansnoeren van de neusriem zodat je paard je hand niet kan ontwijken. In dressuurwedstrijden zien we echter telkens weer ruiters die dat proberen. Komt de verzameling (nog) niet vanuit het paard zelf, dan verliest hij zijn balans en daarmee ook zijn ontspanning, losheid en lichtheid ... en niet te vergeten: zijn plezier! Stel je maar eens voor hoe het voelt als je gedwongen wordt om met een ambitieuze stijve hark te dansen als je zelf de danspassen nog niet beheerst. Het resulteert in een strakke aanleuning of het open willen sperren van de mond (ook te zien aan opgetrokken lippen of uitgestoken tong) en leidt uiteindelijk vaak tot verzet of zelfs blessures. Dingen die je als jury regelmatig tegenkomt en niet kunt negeren!

Neusriemen

Ik heb al jaren geleden bij bijscholing voor Z juryleden gevraagd wat nu een "te strakke neusriem" is, want dat staat officieel als wreedheid te boek. Daar kwam een duidelijk antwoord op: er is geen norm!

In januari 2012 hebben diverse maatschappelijke en wetenschappelijke groepen, waaronder de ISES (International Society for Equitation Science) en Australia’s Veterinary Institute for Animal Ethics, een voorstel gedaan aan de FEI om een eenvoudig meetinstrumentje te introduceren om vast te stellen of neusriemen niet te strak zijn aangehaald. Gek genoeg heeft de FEI, ondanks steeds groeiende druk van publiek en wetenschap, nog niet gereageerd...

Alhoewel er dus geen norm is, is er wel een waarheid: als een paard de gelegenheid krijgt laat hij ons zelf zien wanneer we goed rijden. Hij kan ons laten zien wanneer het nog niet goed voelt: hij spert zijn mond open, rommelt met zijn tong, knarst, rent er tegenin of rolt zijn hals op om de druk ontwijken. Als het goed voelt is zijn mond ontspannen dicht en hij kauwt, slikt en likt. Dat zijn natuurlijke uitingen van ontspanning die moeilijk gaan met op elkaar gebonden kaken. Probeer dat zelf maar eens met je kaken op elkaar geklemd terwijl je aan het sporten bent.

Positief trainen

Als ruiter en trainer moet je signalen in de aanleuning dus serieus nemen, zowel het goede als het slechte. Denk niet te gauw "dat doet hij nou eenmaal" als hij iets doet met zijn mond of tong. Denk niet dat rijden met stang en trens meer punten oplevert (die vraag krijg ik ook wel eens van een ruiter).

Geef je paard gelegenheid om zijn kaken te ontspannen, te likken, slikken en kauwen, of de mond te openen als de druk te hoog wordt, door gebruik te maken een losse neusriem of helemaal geen neusriem. Wat je ziet of voelt in je handen is waardevolle informatie van je paard, die richting kan geven aan je training. Hij spreekt namelijk altijd de waarheid. Het is de beste feed-­‐back die je kan wensen. Je paard is je belangrijkste jury en instructeur!

En als het om verzameling gaat: geef je paard gelegenheid om zich hierin geleidelijk te ontwikkelen. Eis niet van je paard om verzameling lang vol te houden als je aan de aanleuning merkt dat hij je dat nog niet geven kan of geven wil. In de training betekent het dat je soms een stap terug moet doen: korter, eenvoudiger oefeningen, elke goede poging echt belonen en ontspannen tussendoor. Geeft je paard groen licht? Begrijpt hij je, verzamelt hij zich zelf en is zijn mond ontspannen? Dan kun je de grenzen steeds een stukje gaan verleggen. Een paar passen langer volhouden, meer oefeningen achter elkaar, met meer verzameling of meer schwung.

Door zo te trainen, met een open hart voor wat je paard je vertelt, kom je sneller vooruit en heb je samen meer plezier. Dan voelt het voor je paard alsof het dansen onder jouw zachte maar zekere leiding een feestje wordt. En je gevoel bedriegt je nooit: echte verzameling voelt goed!


Galop aanspringen trainingstip

Handig om te weten over aanspringen in galop

Galop aanspringen trainingstip

Beenzetting in rechtergalop

linksachter - linkerdiagonaal - rechtsvoor - zweefmoment.

Aanspringen met balansverlies

Dit gebeurt als je je gewicht naar de binnenzijde en naar voren brengt (de rode hulpen) en daardoor het binnenvoorbeen meer belast. Een veel gemaakte fout die ontstaat door naar het binnenvoorbeen te kijken maar ook een manier van in galop rollen bij jonge paarden. Effect: op de voorhand vallen, achterhand stuwt en blijft hoog, paard probeert in balans te blijven door te versnellen.

Aanspringen met balanswinst

Dit gebeurt als je je gewicht iets naar de buitenzijde en naar achteren brengt en het buitenachterbeen aanspreekt om van daaruit aan te springen (de blauwe hulpen). Er zijn verschillende oefeningen om deze manier van aanspringen op te bouwen. Effect: de voorhand rijst, de schoft lift, de achterhand draagt en het paard hoeft niet te versnellen om in balans te blijven.


2 soorten belonen - Mandy Incredible

2 soorten belonen: "Ga zo door" vs. "Game over!"

2 soorten belonen - Mandy Incredible

Herken je dit: je bent fijn aan het rijden, je paard doet zijn best en je zegt "Braaf!" … en hij smelt gelijk tot een full stop, kijkt achterom en vraagt "koekje?" … en weg is het goede gevoel waar je hem eigenlijk voor beloonde!

Dat is zo'n moment dat je denkt dat het idee van "reward the slightest try" (oftewel beloon de kleinste poging) een beetje zijn doel voorbijschiet. Hoe kun je nu zorgen dat je hem kunt belonen zonder dat alles bijna letterlijk uit elkaar valt?

"Jaaaaa!"
"Goed zooooo!"
"Braaaaafff!"
... en boem, je paard staat stil. Jij dacht "Yes! Ga vooral zo door!" maar hij denkt "Game over!"

Ik moet daar elke keer zo om lachen als dat gebeurt. En geloof me, het gebeurt mij ook wel eens als ik even niet oplet.

Hoe kan je stembeloningen super effectief gebruiken?

Het mooie van stembeloningen is dat je hiervoor je houding en teugelcontact niet verstoort.

Als je een schouderklop geeft en - wat ik ook vaak zie - een aai over de hals met je teugel in je hand dan moet je paard compenseren in zijn balans en onstaat er asymmetrie en rommel in de aanleuning. Allemaal juist jammer als hij net zo fijn loopt!

Hoe kun je nu zorgen dat je hem kunt aanmoedigen en motiveren zonder dat alles bijna letterlijk uit elkaar valt?

Het maakt eigenlijk helemaal niet uit wat je zegt.
Hóé je het zegt, dat maakt het verschil.

“Game over“
Gebruik een kalme en dalende toon en doe dat in combinatie met dat je zelf ontspant en uitademt.
Voorbeelden: Goedzoooh, Braaaaff, pfffff, Good boyyy. Laat je stem dalen en adem wat dieper uit.
Zelfs alleen die duidelijke uitademing kan een Game over betekenen.

“Yes! Ga vooral zo door!”
Nu gebruik je beter een kort en helder woord en met een heldere of of omhoog gaande toon. En vooral:blijf zelf rijden met dezelfde energie.
Ik zeg bijvoorbeeld: Super! Good! en vaak gaat dit samen met een met een microrelease zoals even ontspannen van je hand of je zit.

Zorg dus voor duidelijk onderscheid!
Als je zo heel duidelijk onderscheid maakt weet je paard al gauw het verschil. Die aanmoedigingswoordjes gsan hem enorm helpen om nog beter zijn best te doen. Hij krijgt dan bevestiging en zekerheid en zijn zelfvertrouwen en inzet nemen toe. Hij raakt meer gemotiveerd en leert veel sneller.

Bereikt die stembeloning zijn hart?
Dat is een goede vraag om jezelf te stellen! Want ik hoor maar al te vaak een kortaf "Braaf" die eigenlijk iets uitstraalt van "Hehe! Je snapt het eindelijk!".
Je paard voelt feilloos de intentie van je stem.
Dus als je beloont meen het dan ook echt!

Je kan eigenlijk nooit genoeg dank je wel zeggen!
Eindejaars opdracht: Ga eens tellen hoevaak je deze week je paard met je stem aanmoedigt en beloont. En verdubbel het daarna elke week tot het eind van het jaar!
Ik weet zeker dat je samen met je paard nog meer plezier krijgt :o)


Magical transitions - Matador Liesbeth

Magical Transitions – tip uit de België clinic

Magical transitions - Matador Liesbeth

Wat is jouw mindset bij een overgang naar een lagere gang? Bijvoorbeeld van galop naar draf. Ben je gericht op het stoppen van de galop … of ben je gericht op het starten van de draf?

In het eerste geval - als je gericht bent op het beëindigen van de galop - moet je maar afwachten wat voor draf het wordt en moet je er soms van alles aan doen om die draf bij te schaven zodat die de kwaliteiten krijgt die je eigenlijk zou willen (ritme, balans, ontspanning, cadans, richting, recht, …). Voordat je het weet ben je al een halve rijbaan verder voordat je draf echt goed voelt.

Als je wat verder vooruit denkt en je een ideaal gevoel en beeld vormt van de eerste paar drafpassen, ben je vaak veel beter in staat om al het goede uit de galop mee te nemen naar de draf en direct vanaf de eerste passen de draf te vinden die je voor ogen had. Met behoud van balans, ritme, ontspanning, richting etc. Je kan de overgang beter voorbereiden en vanaf de eerste pas een draf rijden die goed voelt.

Ben je van plan om daarna weer aan te galopperen, een andere overgang te maken of een andere oefening te doen? Dan helpt het om zelfs nog een stapje verder vooruit te denken. Start vanuit de galop een draf die gelijk al alle voorwaarden in zich heeft om die volgende overgang of oefening te doen.

De magic van overgangen zit in de voorbereiding en in je mindset!

Veel plezier met je magical transitions!


Pilonnen kruis - België clinic

Het pilonnen kruis – tip uit de België clinic

Pilonnen kruis - België clinic

Op de foto zie je een groot kruis van pilonnen in het midden van de rijbaan. De afstanden zijn zo uitgemeten dat je mooi cirkels kunt rijden van verschillende afmetingen. Je kunt met dit kruis veel fijne oefeningen rijden, waarbij de pilonnen je helpen aan een duidelijke focus en constante cirkel.

Door een cirkel van een bepaalde afmeting meerdere keren te rijden, ontstaat een constante lijn, met een constante buiging, daardoor een constant ritme, daardoor een fijne balans, daardoor cadans, daardoor ontspanning etc…… Rijd dus lang genoeg door totdat je flow voelt ontstaan.

Als je de draagkracht en buigzaamheid van je paard in de draf of galop verder wil ontwikkelen kun je telkens naar een kleinere cirkel. De pilonnen zorgen ervoor dat je lijn niet gaat dwarrelen en dat je samen met je paard sneller balans vindt. Voel daarbij hoe kleine cirkel je paard nog net aankan, laat hem eventjes doorgaan op die kleine cirkel en ga dan weer naar een grotere zodat hij weer wat kan ontspannen. Als je dat een paar keer herhaalt krijg je er samen snel handigheid in. Ga nooit kleiner dan je paard aankan maar daag hem wel een beetje uit. Daarna altijd weer terug naar de grotere cirkel zodat je paard er vertrouwen in krijgt en gemotiveerd blijft. Voor de Horsemanship mensen: dit is trainen met "approach & retreat"!


Hoefkatrol… en dan…

Binnen de groep professionals van HorseConnect werd gevraagd hoe wij tegen hoefkatrol problemen aankijken. Wat ik daar geantwoord heb leek me leuk om ook met jullie hier te delen.

Even voor het goede begrip: HK = hoefkatrol (dat is het gewrichtje zelf en heeft elk paard in elk been), HKO = hoefkatrolonsteking (ontsteking van het HK gewricht).

Laat ik beginnen met te zeggen dat ik zelf 2 paarden heb die ik met 3tjes op de HK in beide voorbenen heb gekocht op 6 jarige leeftijd (let wel: dus zonder O op dat moment), dus formeel "afgekeurd". Met één daarvan heb ik vervolgens de hele ORUN opleiding doorgereden en tegen de tijd dat men zijn HK gewrichten op 4tjes of erger beoordeelde liep hij vrolijk op Z2 niveau en hoger.

Slechte HK gewrichten is wat mij betreft totaal niet interessant zolang die O (van ontsteking) er niet aan te pas komt en die O komt denk ik doorgaans door 1 of meer van deze 3 dingen:

  1. ongezond rijden
  2. ongezond management
  3. ongezonde hoefverzorging

Mijn beide paarden zijn nu resp 23 en 27 en lopen goed met zo nu en dan (lees eens per jaar of paar jaar) een dipje in de regelmaat van de beweging. Op basis van de foto's van het HK gebied snappen de dierenartsen niet waarom ze nog zo goed lopen, maar voor mij is het simpel: HK gebied is slecht maar zonder O geen probleem. Beide paarden hebben vroeger op ijzers gestaan vanwege het gebruiksdoel maar zonder speciale correcties.

Ik heb nog nooit een paard met HKO duurzaam zien verbeteren met keggen of zooltjes. Wel tijdelijk door de ontlasting of vering die dat geeft, maar nooit duurzaam als niet ook die 3 factoren verbeterden die de O veroorzaken.

Over die drie factoren die naar mijn idee en ervaring een grote rol spelen:

  1. gezonde training betekent "uit de voorbenen rijden" dus zorgen dat ze in balans en niet op de voorhand lopen (dát vraagt goede begeleiding want dat kan niet iedereen zomaar!!) en ook niet overdrijven met springen en andere dingen die de voorbenen sterk belasten zoals zware bodems.
  2. gezond management: jaarrond hele dagen buiten op een manier waarbij ze voldoende bewegen (een paddock van 5 bij 5 is dus niet genoeg, liever pp of weide in de groep). Verder 1 keer per dag hooi hoog voeren zodat ze vierkant staan. Hierdoor worden de voeten meer gelijk en de proprioceptie op een meer symmetrische manier ontwikkeld. En ook: NAF superflex geven, bij intensieve sport ook preventief. En als er eens een mindere periode is: een osteopaat laten helpen om vicieuze compensatiecirkels te voorkomen en een poosje Devils Relief geven om de onsteking te helpen verdwijnen. Ook de tijd geven voor herstel natuurlijk, die wedstrijdring wacht wel.
  3. die voeten: zooltjes voor extra vering kan tijdelijk helpen, maar de vraag is of dat tegen de nadelen van ijzers opweegt (naar mijn idee op den duur niet). Keggen leiden "zegt men" tot verkorting van pezen en maken het probleem dus erger op den duur ipv minder. Heb ik ook nog nooit tot langdurige verbetering zien leiden, eerder het tegengestelde. Ik heb er de voorkeur aan gegeven om zo veel mogelijk ijzerloos te doen en daarbij vooral te zorgen dat ze gemakkelijk over de toon rollen. Een DA die per definitie iets heeft tegen natuurlijk bekappen vind ik onwetend en bevooroordeeld (dat was in het voorbeeld het geval). Ik denk meer aan functioneel bekappen en mijn hoefsmid Gregor Maas doet dat zonder formeel "natural" te zijn.

Nou lijken dit een heleboel dingen die we hebben gedaan of gelaten om die paarden blijvend goed te houden en dat klopt ook. Het betekent soms dat iemand grote veranderingen moet doorvoeren zoals andere plek voor zijn paard, andere instructeur, voeren van supplementen, even geen wedstrijdambitie hebben, osteopaat erbij en goed overleg met de smid (of die nou natural is of niet doet er wat mij betreft niet eens zo toe, als hij maar kennis heeft en op basis van logica mee wil denken).

Kortom een een slechte HK of een HK(O) diagnose is niet het einde. Waar een wil is, is meestal een weg. Niet altijd, maar meestal wel. En dat begint met de vraag: “Hoeveel hou je van je paard?"


Relax your face

Praktische tip:

Relax your face ... to relax your horse

Wil jij dat je paard ontspant? Let eens op je eigen gezicht! Hoe meer we erop concentreren hoe meer we scherp en gefronst naar ons paard kijken ... zonder het in de gaten te hebben! Ik heb al veel studenten grote veranderingen zien ontdekken in hun paard met deze tip: verzacht je blik, ontspan je gezicht, adem rustig diep uit en kijk met liefde naar je paard.

Ontspanning bevelen werkt per definitie niet, ontspanning uitnodigen en voordoen wel. Probeer het! Het werkt echt!


Nadoen of nadenken?

Dogma's, dingen die per definitie zus of zo horen - en niet anders! - zijn niet zo mijn ding. Ik ben meer van de vele mogelijkheden, voelen, uitproberen, zelf oordelen wat goed is. Voor dát paard en die ruiter. Voor hier en nu, en met het oog op straks, later of ooit. Om de kwaliteiten te vinden die je nastreeft, zoals ontspanning, balans, vertrouwen, power, lichtheid, blijheid.

Klakkeloos nadoen wat anderen doen of een vast systeem volgen, zonder zelf te voelen en te oordelen, daar ben ik al heel lang geleden mee gestopt. Kennis van verschillende 'scholen' opdoen is goed. Er zijn meer wegen van A naar B. Nadoen is ook niet per definitie fout, want van nadoen kun je ook veel leren. Maar dat werkt alleen als je ook zelf nadenkt. En als je twijfelt vraagt om uitleg.

Handen altijd laag, waarom?

Neusriem hoort strak, waarom?

Eerst rechtsom, dan linksom, waarom?

Met of zonder bit, waarom?

Wat doe jij: nadoen of nadenken?